Jan Bakker bouwt laadplein voor 20 elektrische Volvo’s 

 

 

Het is een grote stap om als transportbedrijf emissievrij te
worden. Of liever gezegd: het zijn meerdere grote en
kleinere stappen die uiteindelijk leiden tot dat einddoel.
Bij transportbedrijf Jan Bakker uit Hattemerbroek worden
die stappen volop gezet, onder andere in de vorm van een
groot laadplein met eigen energieopslag om hun
elektrische Volvo-trucks straks mee op te laden.

Angela Docter-Bakker is momenteel directeur transport, maar wordt binnenkort algemeen directeur van Jan Bakker. Johan Braad is manager agrarische zaken en verduurzaming. Samen met een aantal collega’s en een team externe experts houden zij zich bezig met de verduurzaming van het bedrijf.

 

“Jan Bakker begon in 1985 als handelsonderneming”, vertelt Angela Docter-Bakker. “De handel groeide, er kwamen vrachtwagens bij, eigen melkveebedrijven en een akkerbouwbedrijf.” Het bedrijf vervoert veel mest, aardappelen, fourage, maar ook de wegenbouw is een belangrijke sector voor ze. “Inmiddels hebben we 320 medewerkers en 180 eigen wagens”, vertelt Docter-Bakker. “Negen trucks, drie bakwagens en zes losse trekkers, zijn nu elektrisch.”

 

Johan Braad werkt sinds 2019 voor Jan Bakker en maakte via de zonnepanelenprojecten van het transportbedrijf, opgezet met een energieleverancier, kennis met verduurzaming. Hij is nu verantwoordelijk voor de realisatie van een groot laadplein voor trucks met energieopslag. In de herfst moet het laadplein klaar zijn. Dan kunnen de vijftien elektrische Volvo-trucks die eind van de zomer in totaal geleverd worden en de drie bakwagens, daar ’s nachts opladen.

 

Gelijk goed

Braad: “De hele transportsector, heel Nederland, zit met een CO₂-reductieopgave. Je weet dat dit er aan komt. Wij proberen als bedrijf die zaken snel op te pakken en zijn niet bang om dat dan maar gelijk goed te doen. Gecombineerd met de vraag uit de markt resulteerde dat in een grote investeringsstap.” Drie elektrische bakwagens van Jan Bakker rijden, sinds twee jaar, vooral in de grote steden en doen daar ervaring op. “We zijn gestart met een groot project in de wegenbouw. Daar worden deze Volvo-trucks ingezet, zodat we voldoen aan de nieuwe aanbestedingsrichtlijnen.” Dat gaat goed en een uitbreiding van het elektrische wagenpark is dan ook al gepland.

 

De volgende vraag is: hoe krijgen we de wagens opgeladen? “Laden aan de weg is duur, maar noodzakelijk”, zegt Braad. “Daarnaast hebben we een grote hal met zonnepanelen waarmee we terugleveren aan het net. We hebben ons daarom afgevraagd: kunnen we die elektriciteit niet opslaan zodat we daarmee de vrachtwagens kunnen laden?”

 

Liever niet terugleveren

Braad ging in overleg met experts en uiteindelijk werd er gekozen voor een aantal lithium-ijzer-fosfaat-accu’s met in totaal 6 mWh opslag, genoeg voor het opladen van ongeveer twintig vrachtwagens. Braad: “We krijgen twintig laadpunten, waarvan vier snelladers. De gewone DC-laders maken in ongeveer negen uur een vrachtwagen weer vol.” Een extra reden om te kiezen voor het laadplein was dat terugleveren steeds minder interessant wordt, zegt Braad: “Op sommige piekmomenten moesten we zelfs betalen om terug te leveren. Dat heeft ons wel aan het denken gezet. Bovendien hebben wij een kleine leveraansluiting en worden er op dit moment bij ons in de omgeving helemaal geen zwaardere aansluitingen gelegd.” Docter-Bakker en Braad horen dat meer bedrijven met dezelfde plannen bezig zijn. Ze kennen nog wel een of twee andere transportbedrijven zijn die dezelfde plannen hebben of zelfs al uitvoeren.

 

Veel overleg

Problemen ondervond het bedrijf niet echt in de aanloop, wel merken Docter-Bakker en Braad dat de wet- en regelgeving in Nederland nog wat achterloopt. “Er is wel een gevaarlijkestoffen-beleid, maar dat is nu nog een advies”, zegt Braad. “Dat advies hebben we alvast meegenomen in de bouw van het laadplein. In de toekomst gaat dat naar verwachting regelgeving worden, dus daar lopen we nu al op vooruit. Het vergunningstraject kan daardoor soepel verlopen en je voorkomt dat je naderhand aanpassingen moet doen.” Ook was er vooroverleg met de brandweer over de plannen. Braad: “Ze hebben echt goed meegedacht en leverden veel tips en informatie aan. Die hebben we ter harte genomen. De acculeverancier heeft op basis van hun advies zelfs nog aanpassingen gedaan. Zo is bovenop de container een aansluiting gemaakt waar de brandweer de slang precies op kan aansluiten, zodat de accu indien nodig onder water gezet kan worden. En het terrein wordt zo gemaakt dat het bluswater op het terrein aanwezig blijft en bijvoorbeeld niet een sloot in loopt. Als je hier aan begint, dan weet dat er veel bij komt kijken. Maar je weet niet precies wat.”

 

 

Rijcoaching

In de herfst moet het laadplein klaar zijn, en kunnen de vijftien nieuwe elektrische Volvo-trucks die eind van de zomer geleverd worden, ’s nachts allemaal geladen worden. De nieuwe wagens werden aangeschaft via Erik Huisjes van Volvo Trucks-dealer Nijwa in Zwolle. Docter-Bakker: “Zij regelen ook de begeleiding van de chauffeurs. Onlangs is een coach van de dealer langs geweest om te kijken hoe het hier in de praktijk gaat. Binnenkort krijgt iedere chauffeur een dag of een halve dag een coach mee voor uitleg en het laten zien van handige snufjes die het werk nog makkelijker maken.” Nijwa zorgt ook voor het onderhoud van de trucks. De huidige trucks lopen al goed, maar door de software met updates nog beter aan te passen aan de Nederlandse omstandigheden, verwacht Braad dat ze straks nog optimaler lopen en laden.

 

Anders rijden

Voor de chauffeurs komt er best wat kijken bij de overstap, merken ze bij Jan Bakker. “Het is iets nieuws, de hele transportwereld moet nog wel wennen”, zegt Docter-Bakker. “Ook onze chauffeurs, van diesel naar elektrisch is een grote stap. Twee jaar geleden met de drie bakwagens was het echt zoeken naar mensen. Nu zijn er al meerdere chauffeurs die het wel mooi lijkt. En zitten ze er eenmaal op, dan willen ze niet meer terug naar een diesel. Het is een hele andere manier van denken: wanneer ga ik laden, hoe laad ik? Een chauffeur moet meer plannen, anders werken. Ze moeten onderling afstemmen wanneer ze laden, zodat ze niet allemaal tegelijk bij één laadpunt staan. Ze zijn wel erg positief, en dat trekt weer andere chauffeurs. Er wordt onderling heel veel over gesproken en er is steeds meer enthousiasme. Chauffeurs komen naar me toe om te zeggen: “bij mijn werkzaamheden zou een elektrische vrachtwagen ook prima kunnen.” Braad: “Ik ben onlangs een keer meegereden en dit doet niet onder voor een luxe personenauto qua rust en comfort.”

 

Braad en Docter-Bakker merken dat er veel interesse is in hun verduurzamingstraject. Braad: “We krijgen regelmatig de vraag er iets over te vertellen, maar dat is eigenlijk het mooiste als alles klaar is. We hebben al veel werk verzet, straks moet het er echt staan.

 

Bron: TTM.nl, Tekst: Margriet Brus.